Interview Vers Beton: “Voor excuses is geen komma nodig, maar een punt”

Sharyfah Bhageloe - 2 juli 2024

Het boek Na de komma gaat over de geschiedenis van de Hindoestaanse contractarbeid. Daar is maar weinig over bekend, ook omdat de koloniale autoriteiten haar gedeeltelijk uitwisten. Schrijver Shantie Singh was geraakt door wat het onderzoeken en optekenen van deze geschiedenis met haar ouders deed. “Ze voelden zich gezien.”

 

“Ik vertrouw dit niet helemaal, maar het zal wel de bedoeling zijn dat het niet geheel authentiek is”, zegt schrijver Shantie Singh, terwijl ze in een koffietent naast Centraal Station haar chai latte bekijkt. Dat is een warme drank afkomstig uit India, gemaakt van zwarte thee, verschillende specerijen en melk. In tegenstelling tot de originele chai, wat ‘thee’ in het Hindi – de meest gesproken taal in India – betekent en eigenlijk donkerbruin van kleur, is het drankje van Singh spierwit. De verwestering van de chai die Singh drinkt, is bijna metaforisch voor het onderwerp dat ze met haar nieuwe boek Na de komma – Hindostanen en de erfenis van het kolonialisme, aansnijdt. Een boek over op zoek gaan naar het Hindoestaanse verleden dat door koloniale autoriteiten deels werd uitgewist.

De titel Na de komma verwijst naar de uitspraak van kunstenaar Serana Angelista (30) in een interview met Vers Beton uit 2019, over excuses voor het slavernijverleden en Mark Rutte, die drie jaar later de ‘komma’ in zijn excuses-toespraak gebruikte. Na haar debuutroman Vervoering van tien jaar geleden, kiest Singh ditmaal voor non-fictie. Tijdens de feestelijke boekpresentatie op 23 juni in Theater Zuidplein, zette Singh de rolmodellen uit haar boek met een literaire catwalk in de schijnwerpers. 

Waarom dit boek? 

“Toen het herdenkingsjaar eraan kwam, was ik heel blij met de aandacht voor dit onderwerp. Er is een verandering in Nederland voelbaar voor de aandacht voor het koloniaal verleden. Dat het in 2023 150 jaar was geleden dat Nederland de slavernij afschafte, betekent voor ons – Hindoestanen – namelijk ook dat 150 jaar geleden de geschiedenis van de Hindoestaanse migratie begon. Ik had toen het gevoel: dat verhaal mis ik nog.” 

In de tien jaar dat ze schrijft is haar motivatie nooit veranderd, vertelt Singh. Haar wens is om onzichtbare verhalen zichtbaar te maken. “Ik wil duidelijk maken dat deze verhalen er ook toe doen. Even los van dat het Nederlandse geschiedenis is, vind ik het ook een hele belangrijke, fascinerende, pijnlijke geschiedenis die nog steeds doorwerkt in het nu.”

Heb je het idee dat dit verleden in Nederland speelt?

“Als ik kijk naar tien jaar geleden, was dit er nog niet. Toen was het echt een blank spot. Dit jaar was minister Dijkgraaf bij de kranslegging op 5 juni, de herdenking van de Hindoestaanse immigratie. Hij was er vorig jaar ook, bij het 150 jaar herdenken van 5 juni. Dat was de eerste keer dat er iemand van de overheid bij was. Daaraan merk je dat het meer zichtbaar begint te worden.”

Singh noemt nog een ander voorbeeld van meer zichtbaarheid: het Collectief Contractarbeid, ontstaan vanuit de drie gemeenschappen van nazaten van Chinese, Hindoestaanse en Javaanse contractarbeiders Samen werken ze aan meer zichtbaarheid van het verhaal over het koloniale verleden van contractarbeid. Eind mei organiseerde het collectief een conferentie in samenwerking met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). “Dat is toch ook wel bijzonder hè? Die drie gemeenschappen die dan samenwerken. Ik vond dat ontroerend.”

Volgens Singh deelden de Javaanse en Chinese gemeenschap dat zij nog niet zo ver waren als de Hindoestaanse in het begrijpen en erkennen van hun geschiedenis. Vooral in de kennis over hun geschiedenis, is er nog veel behoefte aan onderzoek. 

“Ze zijn nog heel erg bezig met wat de geschiedenis precies is. Dat vond ik verrassend en heel interessant. De Hindoestaanse gemeenschap moet ook nog veel doen. Bijvoorbeeld in het zichtbaar maken van het Hindoestaanse verhaal in Nederland. Maar er zijn dus nog veel meer verborgen verhalen. Verhalen vanuit een ander perspectief, vanuit de nazaten van Chinese en Javaanse contractarbeiders die nog niet op het punt zijn aanbeland van excuses vragen.”

Als het Hindoestaanse immigratieverleden deel uitmaakt van ons collectieve geheugen, hoeven we niet telkens uit te leggen waar we vandaan komen

“Wat ik inspirerend vind, is dat steeds meer jonge mensen actief op zoek gaan naar verhalen en deze verwerken in kunst en cultuur. Hoewel het nog steeds niet op school wordt onderwezen, is er een groeiende nieuwsgierigheid en betrokkenheid.”

“Ik zou willen dat het Hindoestaanse immigratieverleden deel gaat uitmaken van ons collectieve geheugen. Zodat we niet telkens hoeven uit te leggen waar we vandaan komen. Maar goed, omdat de bewustwording van dit verleden al best lang duurt ben ik wel sceptisch. Maar ik hoop het.” 

In april vroegen nazaten van Surinaams-Hindoestaanse contractarbeiders koning Willem-Alexander in een brief om excuses voor de contractarbeid. De wens was dat hij die zou aanbieden tijdens de 151e herdenkingsdag van de Hindoestaanse immigratie, afgelopen 5 juni. Dit gebeurde uiteindelijk niet.

 

(C) Shantie Schrijft