Publieke ruimte is ook eigendom van de vrouw
Ik pakte mijn koffer omdat ik een paar weken in Parijs zou verblijven. Mijn man was al eerder vooruit gereisd. Midden in de nacht belde hij me. Hij wandelde over straat en genoot. Parijs met haar romantiek. Parijs gevuld met historie. Parijs vol grandeur. Parijs van de Notre Dame. Niet alleen het imposante bouwwerk, maar ook het verhaal van Victor Hugo. Met het personage Frollo die zigeunerin Esmeralda uit de weg wil ruimen omdat ze begeerte bij hem oproept. Alleen maar door te bestaan.
Mijn man liep midden in de nacht rond in Parijs. Een zorgeloze toerist, genietend van the city by night. Zelf zou ik dat in mijn eentje niet snel doen. Of in ieder geval niet zonder angst. Na ons telefoongesprek drong tot me door hoe ik, geboren en getogen in het Westen, dagelijks bewust of onbewust besluiten neem die alles te maken hebben met de (on)vrijheid van de publieke ruimte. Besluiten die mannen (veel) minder nemen.
In een scène van Aziz Ansari’s Netflixserie Master of None toont hij precies wat mij al enige tijd bezighoudt: de beperkte eigendom van de publieke ruimte voor de vrouw. In de aflevering ‘Ladies & Gentlemen’ ziet de kijker afwisselend hoe twee mannen en een vrouw een avondje uit beleven. Vooral het stuk waarop zij de uitgaansgelegenheid verlaten en laat in de avond naar huis lopen toont een essentieel verschil. De twee mannen hebben te veel gedronken en waggelen al grappend naar huis. Ze maken een zorgeloze indruk. Het muziekje erbij heeft iets komisch. Hoe anders is het beeld bij de vrouw. Ze loopt snel en is op haar hoede. Voortdurend kijkt ze over haar schouder om te controleren of de opdringerige man uit het café haar niet achterna komt, wat uiteindelijk wel gebeurt. Ze weet hem maar net en met moeite buiten haar appartement te houden.
Er is veel te doen over de publieke ruimte en de vrouw. Iedereen heeft er een mening over. Of geeft tips en adviezen. Zelfs gedragscodes worden geopperd. Moeten we vrouwen inderdaad leren zich te verdedigen op straat? Al is het maar als noodmaatregel?
In mijn middelbare schooltijd kregen alle meiden uit de klas een cursus zelfverdediging aangeboden. Deze cursus bestond niet alleen uit fysieke vechtsportlessen. Eraan gekoppeld waren ook groepsgesprekken, oa over je grenzen aangeven, nee kunnen zeggen, je veilig voelen op straat. De jongens uit de klas kregen dit niet aangeboden.
De cursus riep beelden bij me op. Ik zag vrouwelijke vigilantes voor me die op straat het heft in eigen handen nemen. Die om zich heen kunnen slaan ter bescherming van zichzelf en andere vrouwen. Natuurlijk zou dit eigenlijk niet nodig moeten zijn. Dat zou een noodzakelijk symptoom bestrijden, zonder de wortel ervan aan te pakken.
In 2014 ging een kort filmpje van Mass Comedia Students viral. Hierin zien we een Indiaas meisje op straat lopen. Twee jongens proberen haar lastig te vallen. Een jongen aan de overkant loopt naar hen toe en gaat voor haar staan. Een andere jongen volgt zijn voorbeeld. Daarna volgen er meer totdat zij allemaal in een beschermende kring om het meisje staan.
Het zette me aan het denken over gedeelde verantwoordelijkheid. Waarom kregen de jongens op mijn middelbare school geen lessen in zelfverdediging en groepsgesprekken? Waarom werd dit gezien als een ‘vrouwending’?
In het boek van Victor Hugo brengt klokkenluider Quasimodo Esmeralda naar de Notre Dame, omdat dat een afgebakende veilige ruimte is voor een ieder. Dat zou ook moeten gelden voor de publieke ruimte. Het is, zoals het woord al zegt, ruimte voor iedereen. Het is niet normaal dat de ervaring voor vrouwen en mannen op straat zoveel van elkaar verschilt.
De publieke ruimte is ook van de vrouw . We need to own it, zowel vrouwen als mannen dragen er verantwoordelijkheid in om dit voor elkaar te krijgen. Het begint met hoe we lopen, hoe we kijken, ons niet hoeven aan te passen. In mijn verbeelding zie ik een beeld voor me. Van vrouwen die in al hun glorie en diversiteit over straat lopen. Geheel bedekt, in korte rok, met hoofddoek, in een sari, hoge pumps of platte ballerina’s. Zoveel verschillen, maar er één belangrijke overeenkomst: zij lopen over straat zonder angst. Zonder constant besluiten te nemen en risicotaxaties te maken. Zij zijn onderweg naar de zoveelste date, naar een sollicitatiegesprek, op weg naar een kroeg of zij lopen midden in de nacht in een grote stad zorgeloos flanerend over straat als toerist.