Stadswerker - Collega? Uma ontdekt verborgen kracht
De jonge Rotterdamse ambtenaar Uma wil weggestopte levens lucht geven, en ontdekt zo de verborgen kracht van geïsoleerde vrouwen. Maar in levenden lijve kom je de bevlogen Uma niet tegen – wel in ‘De Kier’, de nieuwe roman van échte collega Shantie.
Ken je Shantie Jagmohansingh onder haar schrijfstersnaam Shantie Singh publiceerde ze eerder de roman ‘Vervoering’: een Hindoestaanse familiekroniek die je meeneemt naar India, Suriname en Nederland. In Shanties tweede roman speelt Rotterdam een hoofdrol. Niet alleen de Rotterdamse samenleving, maar ook de gemeente, want hoofdpersoon Uma is een fictieve collega van ons.
Shantie, wat maakt Uma mee?
‘Bestuurskundige Uma werkt als projectleider Schadelijke Traditionele Praktijken – werk dat ik zelf heb gedaan tot mijn portefeuille voor de aanpak huiselijk geweld bij cluster MO breder werd. Uma zet zich bevlogen in om een verschil te maken voor Rotterdamse vrouwen die voor de buitenwereld onzichtbaar zijn, omdat hun man of schoonfamilie ze wegstopt. Een wereld van het mislopen van kansen zoals onderwijs, maar ook vaak een wereld van erger: huiselijk geweld. Denk ook aan vrouwen die wel naar buiten mogen voor hun baan, maar verder totaal onder controle staan.’
‘Hoe meer Uma in contact komt met geïsoleerde vrouwen, hoe meer ze hun verborgen kracht ziet. Dat het meer zijn dan slachtoffers – het zijn overlevers. Want ook mijzelf heeft het in de praktijk geraakt hoeveel veerkracht deze vrouwen hebben. Uma vind ik stoer, een strijder, gedreven om het verschil te maken. Maar ook zij worstelt met persoonlijke problemen, ook al zie je dat aan de buitenkant niet. Soms moet je verder kijken. Dat wil ik met dit boek ook laten zien.’
Waarom als titel ‘De Kier’?
‘Het gaat om vrouwen die de buitenwereld alleen maar door een kier mogen zien. Andersom geeft het verhaal de lezer een inkijkje in hun leven – een verborgen kant van Rotterdam. En ook wel een kijkje achter de schermen van het stadhuis. Uma’s werk is, net als het mijne, best uitdagend met allemaal krachtenvelden, lagen en strategische én politieke vraagstukken, waardoor niet alles soepel loopt. Dat heb je nu eenmaal met pionieren: soms ingewikkeld, maar altijd boeiend. Ook wil ik vooral laten zien dat onze organisatie niet van de paarse krokodil is. Ik zie zóveel collega’s gedreven werken aan onze stad. We mogen echt trots op onszelf zijn. Beschouw deze roman daarom ook als ode aan ambtenaren.’
Hoe gaat het in Rotterdam met het helpen van verborgen vrouwen?
‘We hebben het over een groep van naar schatting een paar honderd vrouwen. Je bereikt ze heel moeilijk, maar we maken stappen vooruit. Bijvoorbeeld door ons netwerk van sleutelpersonen: sterke, alerte wijkbewoonsters, maar steeds vaker ook professionals, die contact durven leggen als ze vermoeden dat er ergens een verborgen vrouw woont.’
‘We werken ook steeds meer met ervaringsdeskundigen die hun verhaal willen doen. Hiermee willen we ook verborgen vrouwen bereiken. Natuurlijk gaat het om de hele keten van zorg en veiligheid, maar deze hulp is pas echt effectief als er mentaal een verandering heeft plaatsgevonden: als een vrouw zelf zover is om de stap te maken. Dat kan getriggerd worden met een verhaal van een ander. Het kan het gevoel oproepen: ik ben niet de enige in deze situatie, en ik kan hieruit komen, want het is een ander ook gelukt. Hoe moeilijk het ook is. Een mentaal begin is onmisbaar. Alleen dan kan zo’n vrouw met overtuiging zeggen: “Ik wil op taalles Nederlands leren, ik wil naar het buurthuis om mensen te ontmoeten”, of “Ik wil hier echt voor altijd weg en een nieuw leven beginnen.” ’
‘We zijn nu aan het brainstormen over een theaterproject voor vrouwen in de opvang. Deze vrouwen krijgen meestal op een heel praktisch niveau hulpverlening. Essentieel en belangrijk om verder te komen. Maar als ze daarnaast voor de verandering iets creatiefs met hun eigen verhaal doen – iets voor zichzelf – doet dat iets met hun eigenwaarde. Steeds meer zie ik de kracht van verhalen, en daarmee bedoel ik ook het besef dat iedereen een verhaal draagt dat het waard is om te worden gehoord, en dat ontroert me. Daarom moest ik dit boek schrijven.’
Gaan sommige collega’s zichzelf terugzien in je boek?
‘Ik ben er heel open over dat ik romans schrijf. Soms als collega’s het horen, waarschuwen ze elkaar: “Kijk maar uit wat je tegen Shantie zegt, anders kom je in haar boek!” Maar nee, ik heb het zo geschreven dat ik niemand in verlegenheid breng.’
‘Wel heb ik met mijn teamleider besproken dat ik aan dit boek werkte, en ook de betrokken wethouder weet ervan. Want een maatschappelijk geëngageerd boek kan dingen losmaken. Daar hoop ik natuurlijk zelfs ook op: mensen prikkelen om dingen anders te zien. Zo probeer ik naast mijn normale werk ook via mijn boek bij te dragen aan een betere stad.’
Smaakt het naar meer, schrijven over Rotterdam?
‘Onze stad is echt mijn muze, dus ik wil zeker meer schrijven met Rotterdam als decor. Genoeg inspiratie en genoeg verhalen in de stad om te ontdekken!’
‘De Kier’ verschijnt 14 juli in de boekhandel. Naast boeken schrijven doet Shantie meer; check www.shantiesingh.com.